Met een oppervlakte van bijna 700 km2 ligt dit park in de vallei die gevormd is door de Guadiana rivier. Met 390 meter als hoogste punt is het een relatief laag park met een glooiend open landschap. In 1995 is deze zuidelijke gelegen vallei uitgeroepen tot natuurpark.

In Parque Natural do Vale do Guadiana ligt ook de Pulo do Lobo (Wolven sprong) waar de anders rustige rivier zich door een smalle ondiepe kloof begeeft. Hierdoor wordt het ineens een woeste stroom waar een wolf in een sprong overheen zou kunnen springen, mensen wordt het echter afgeraden. Er zijn nog enkele dorpen in het park waarvan vele mensen afhankelijk zijn van landbouw. Er wordt veel graan verbouwd maar uitgestrekte weides zijn ook veelvoorkomend. Er zijn vele paden door het gebied en ook gemarkeerde routes.

In de zomer kan het heel erg heet worden, de hoogste temperaturen van Portugal worden hier gemeten. In Serpa is nog een oud dorp omsloten door 14de eeuwse muren, waarvan de kern nog een Romeinse oorsprong heeft. Ook zijn er nog restanten van fabrieken toen er pyriet en koper gewonnen werd.

Flora en fauna

De lange traditie van graasweides heeft een unieke vegetatie opgeleverd waaronder het zeldzame klavertje vier. De eikenbossen die aanwezig waren zijn grotendeels gekapt voor brandhout. Dankzij de zwarte Alentejaanse varkens zijn er nog enkele bomen over die verspreid in het landschap staan.

Door het open landschap komen veel steppevogels voor als de scharrelaar, zwartbuikzandhoender, griel, kleine trap en grauwe kiekendief. Verder komen er nog soorten als de rosse waaierstaart, roodstuitzwaluwen, blonde tapuit en grijze gors. Andere beesten als bunzingen, vossen, steenmarters, eikelmuizen, Iberische haas en genetkatten voor, grote zoogdieren zijn nauwelijks meer aanwezig. Reptielen als de fraaie parelhagedis, trapslang en hagedisslang zijn nog wel te zien, al is het aan te raden de hagedisslang van een aftand te bekijken. Ook al is hij niet dodelijk voor mensen als hij bijt kunnen er rode plekken en zwellingen ontstaan.