Het in 1988 aangewezen Parc naturel régional du Perche strekt zich uit over de regio’s Basse-Normandie en Centre. Het park, dat zo’n 182.000 hectare beslaat, wordt gekenmerkt door kleinschalige cultuurlandschap met boomgaarden en weilanden met hagen. Het conserveren van natuurlijk erfgoed is dan ook een belangrijke doelstelling van het park, waar getracht wordt om samen met lokale gemeenschap de natuurlijke waarden te behouden.

In de Perche doorkruisen holle wegen en paden met hagen van haagbeuk, esdoorn en hazelaars het pittoreske en heuvelachtige landschap. Weelderige weilanden en eeuwenoude boomgaarden wisselen elkaar af. In de herfst bieden de kleurrijke bossen prachtige vergezichten en kunt u genieten van de enorme variëteit aan paddenstoelen. In het voorjaar zijn de boomgaarden wit van de bloesems. Het landschap is dan wel volledig gecreëerd door de mens, maar met oog voor de oorspronkelijke vegetatie en topografie. Het bezoekerscentrum Maison du Parc, biedt tal van activiteiten, excursies en wandelingen aan.

Hellingbossen

Het Regionaal Natuurpark de Perche staat bekend om zijn hellingbossen. De streek verleend zijn naam aan het woud dat enkele millennia Frankrijk bedekte: Frankrijk bedekte: sylva pertica wat bos met grote bomen betekend. De dichte eiken- beukenbossen van de streek herbergen de fraaie bosandoorns met hun paarse bloemen maar ook bijzondere flora zoals spekwortel en vogelmelk.

Roofvogels en uilen

Als u in de schemer door de donkere bossen wandelt dan heeft u grote kans om oog in oog te komen staan met een bosuil of ransuil. Overdag kunt u kunt u buizerds en kiekendieven hun dans zien uitvoeren en misschien zelfs de zeldzame visarend of slangenarend zien. In de holle wegen zit de nachtegaal te zingen en op de weilanden kunt u Europese kanarie zien.

Reptielen en zoogdieren

De kalkrijke dalen met de vele stroompjes zijn uitermate geschikt habitat voor de vuursalamander en de hagen bieden bescherming aan hazelwormen en smaragdhagedissen. In de holle wegen en boomgaarden kan de oplettende wandelaar nesten vinden van eikelmuizen en in de structuurrijke hagen langs de wegen kan een hazelmuis voorbij schieten. Reeën grazen in de schemer op de kalkrijke graslanden evenals het edelhert. Daarnaast biedt het bos onderdak voor vleermuizen en kleine marterachtigen zoals de hermelijn.