Rond de plaats Fontainebleau ligt het indrukwekkende bosgebied van Forêt de Fontainebleau. Wie in de gelegenheid is dit uitgestrekte woud te bezoeken moet dat zeker doen. Het afwisselende heuvelachtige landschap is een mozaïek van allerlei verschillende bostypes. Het meest bijzonder is echter de grote hoeveelheid enorme rotsen die verspreid door het bos liggen. In de loop der tijd hebben deze rotsen allerlei vormen aangenomen, en sommige hebben zelfs namen gekregen. Het mooiste deel van het bos ligt direct ten zuidoosten van het dorpje Barbizon.

De Olifantrots

De meest in het oog springende rots in het woud van Fontainebleau is l’éléphant d’Apremont. Deze rots lijkt, zoals de naam al aangeeft, sterk op een olifant met een groot achterlichaam, een kop en een soort van slurf. Dit soort rotsen ontstaan door het geweld van weer en wind. Het zandsteen heeft zich in de loop der tijd opgehoopt om vervolgens deels te verweren, resulterend in de meest bizarre vormen. Le Dragon en Les Trois Mausolées zijn andere rotspartijen die in het bosgebied liggen. Het bosgebied zelf is al van adembenemende schoonheid. Het woud bestaat uit meerdere bostypen. Sommige gedeeltes worden gedomineerd door dennenbossen, maar op andere plekken vindt u uitgestrekte stukken met enkel berken, waarbij de grond vaak begroeid is met varens.

Spechten en hagedissen

Het woud van Fontainebleau is een uitgestrekt bosgebied, en daardoor een geschikte verblijfplaats voor allerlei soorten planten en dieren. Er komen zeven soorten spechtachtige voor. Groene specht en grijskopspecht, zwarte specht, drie soorten bonte spechten en de draaihals zijn allemaal in de bossen rond de olifantenrots aanwezig. In het voorjaar klinkt af en toe nog het gezang van de wielewaal of de zomertortel. Zoogdieren als wild zwijn en eekhoorns leven het jaarrond in het bos. Er groeien honderden plantensoorten rond Barbizon. Een greep uit de inheemse flora zijn de bosrank, kleine steentijm, borstelkrans, rode dophei en het glad parelzaad.